Voorbeeldzoekerx
(typ in het invoerveld om het voorbeeld te wijzigen)
zoek dit voorbeeld in:
ANS
Woordenboeken
- INT (500 AD - heden)
- Etymologiebank
- Woordenlijst.org
Corpora en lexica
- Corpus Hedendaags NederlandsClarin login
- GrETEL (CGN, Lassy)
- SoNarClarin login
- Delpher
- CelexClarin login
Overige bronnen
- Taalportaal
- DBNL
- Taaladvies.net
- Wikipedia
14.4.6.1 Adjectieven en equivalenten
Verder lezen
Als in de vierde positie een bepaald hoofdtelwoord staat, dan kan er een lidwoord, genitief of voornaamwoord (in de tweede positie) gevolgd door een rangtelwoord (in de derde positie) aan voorafgaan (zie1a). Het rangtelwoord kan er echter ook op volgen. Het is dan een voorbepaling bij de kern van de naamwoordelijke constituent (zie1b). Vergelijk:
1aDeeerste drie kinderen (kregen een prijs.)
bDe drieeerste kinderen (kregen een prijs.)
Tussen beide constructies bestaat er een betekenisverschil. In1a gaat het om één groep kinderen, waarvan de nummers één, twee en drie een prijs kregen. In1b gaat het daarentegen over drie groepen kinderen waarvan telkens het eerste kind uit de reeks een prijs kreeg. Met die betekenis is alleen de constructie mogelijk waarin het rangtelwoord voorbepaling is bij de kern. In de praktijk komt deze laatste constructie ook voor in de betekenis van1a, maar dit gebruik is niet aan te bevelen omdat daardoor misverstand over de precieze bedoeling kan ontstaan.
In de derde positie kan behalve een rangtelwoord ook een andere adjectivische constituent voorkomen, meestal een overtreffende trap, bijv.:
2deoudste twee kinderen
3debeste drie kandidaten
Deze adjectivische constituent kan dan ten opzichte van de combinatie bepaald hoofdtelwoord + substantiefbeperkend gebruikt worden en krijgt soms (met name als het geen overtreffende trap betreft) een extra accent (bijv. een contrastaccent). Met behoud van dat accentpatroon kan in dergelijke gevallen de adjectivische constituent ook als voorbepaling van de kern in de naamwoordelijke constituent optreden. Vergelijk bijv. met elkaar:
4aDiegáve twee delen (houd ik, maar die kapótte (twee delen) stuur ik terug.)
bDie tweegáve delen (houd ik, maar die (twee) kapótte (delen) stuur ik terug.)
Heeft de zin betrekking op twee gelijke groepen van zelfstandigheden (twee keer twee delen), dan is zowel de volgorde van4a als die van4b mogelijk. Gaat het daarentegen over ongelijke groepen (bijv. twee delen tegenover een heleboel andere), dan is alleen de volgorde uit4b mogelijk. Vergelijk met4a in dit verband de volgende zin, waarin het telwoordéén in de derde positie van de determinator adjectivisch gebruikt is en waarin alleen maar van twee paren sprake kan zijn:
5Dieene twee delen (houd ik, maar die andere (twee delen) stuur ik terug.)
Voorbeelden van een adjectivische constituent in de derde positie die niet beperkend gebruikt is ten opzichte van de combinatie bepaald hoofdtelwoord + substantief, zijn:
6destatige drie Wijzen (op dat schilderij)
7deberoemde drie torens (van Gent)
In6 en7 vormen het hoofdtelwoord en het substantief een soort eenheid ('drie wijzen' respektievelijk 'drie torens') waar de adjectivische constituent (statige respectievelijkberoemde) een eigenschap van noemt. Bij sommige combinaties van telwoord en substantief is er sprake van een zeer hechte semantische eenheid, zodat de volgorde adjectief + telwoord + substantief ook duidelijk de meest voor de hand liggende is, bijv.:
8devermoeide eerste ministers
Zie ook [14.4.2].
Literatuur
Interessante links
ANS
Taaladvies
Dagenta
Taalportaal
Versiegeschiedenis
| versie | redacteur(en) | datum | opmerkingen |
| 2.1 | januari 2019 | Automatische conversie van ANS 2.0 | |
| 2.0 | W. Haeseryn, K. Romijn, G. Geerts, J. de Rooij, M.C. van den Toorn | 1997 |
Interessante links


